Papierverwerkingsmenu
Indien de papierverwerkingsinstellingen goed via het
bedieningspaneel geconfigureerd zijn, kunt u ze afdrukken door de
papiersoort en het papierformaat via de printerdriver of het
toepassingsprogramma te selecteren. Zie pagina 57 voor meer
informatie.
Tot sommige opties van dit menu kunt u toegang krijgen via een
toepassingsprogramma of via een printerdriver (als het juiste
stuurprogramma geïnstalleerd is). De instellingen van de
printerdriver en het toepassingsprogramma onderdrukken de
instellingen van het bedieningspaneel.
Zie pagina 53 voor meer informatie.
Papierverwerkingsmenu
Artikel
Waarden
Verklaring
MODUS LADE 1=
EERSTE
EERSTE
CASSETTE
Bepaalt hoe de printer Lade 1 gebruikt.
EERSTE
: als er papier in Lade 1 is geladen,
haalt de printer het papier eerst uit die lade.
PAPIERLADE
: er moet een papierformaat aan
Lade 1 zijn toegewezen met behulp van de
optie
LADE 1 FORMAAT
(de volgende optie in
dit menu wanneer
MODUS LADE 1=
PAPIERLADE
). Zo kunt u Lade 1 gebruiken als
een gereserveerde lade.
Zie pagina 55 voor meer informatie.
LADE 1 FORMAAT =
LETTER
Zie pagina A-4
voor
ondersteunde
papierformaten.
Deze optie verschijnt alleen wanneer
MODUS
LADE 1=
PAPIERLADE
. Stel de waarde in
overeenkomstig het formaat van het papier dat
is geplaatst in Lade 1.
TYPE LADE 1=
NORMAAL
Zie pagina A-6
voor
ondersteunde
papiersoorten.
Deze optie verschijnt alleen wanneer
MODUS
LADE 1=
PAPIERLADE
. Stel de waarde in
overeenkomstig het type papier dat is geplaatst
in Lade 1.
TYPE LADE 2=
NORMAAL
Zie pagina A-6
voor
ondersteunde
papiersoorten.
Stel de waarde in overeenkomstig het type
papier dat is geplaatst in Lade 2.
NLWW
Bedieningspaneelmenu’s
B-5
TYPE LADE 3=
NORMAAL
Zie pagina A-6
voor
ondersteunde
papiersoorten.
Deze optie verschijnt alleen wanneer een
derde papierlade geïnstalleerd is. Stel de
waarde in overeenkomstig het type papier dat
is geplaatst in Lade 3.
TYPE LADE 4=
NORMAAL
Zie pagina A-6
voor
ondersteunde
papiersoorten.
Deze optie verschijnt alleen wanneer een
vierde papierlade geïnstalleerd is. Stel de
waarde in overeenkomstig het type papier dat
is geplaatst in Lade 4.
HANDINVOER=UIT
UIT
AAN
Voer het papier met de hand in vanuit Lade 1
in plaats van automatisch uit een willekeurige
lade. Wanneer
HANDINVOER =AAN
en Lade 1
leeg is gaat de printer offline wanneer deze een
afdruktaak ontvangt en wordt het bericht
HANDINVOER
[PAPIERFORMAAT]
weergegeven.
Zie pagina 56 voor meer informatie.
DUPLEX=UIT
UIT
AAN
Deze optie verschijnt alleen wanneer een
optionele duplexeenheid geïnstalleerd is. Zet
de waarde op
AAN
om aan beide kanten
(duplex) of op
UIT
om aan één kant (simplex)
van een blad papier af te drukken.
Zie pagina 33 voor meer informatie.
BINDEN=
BINDEN=
BINDEN=
BINDEN=
IN LENGTE
IN LENGTE
IN LENGTE
IN LENGTE
IN LENGTE
IN BREEDTE
Deze optie verschijnt alleen wanneer een
optionele duplexeenheid is geïnstalleerd en de
duplexoptie aan staat. Kies de bindzijde
wanneer u met de duplexeenheid afdrukt (aan
beide kanten van het papier).
Zie pagina 33 voor meer informatie.
A4/LETTER
VERVANGEN=NEE
NEE
JA
Selecteer
JA
als u wilt afdrukken op papier van
Letter-formaat als een A4-taak is verzonden
maar er geen A4-papier in de printer is geladen
(of wanneer u wilt afdrukken op A4-papier als
een Letter-taak is verzonden maar er geen
papier van Letter-formaat in de printer is
geladen).
Papierverwerkingsmenu (vervolg)
Artikel
Waarden
Verklaring
B-6
Bedieningspaneelmenu’s
NLWW
FUSERMODUS CONF.
MENU=NEE
NEE
JA
Configureer de fusermodus die bij iedere soort
papier hoort. (Dit is alleen nodig als u
problemen hebt bij het afdrukken op bepaalde
soorten papier.)
NEE
: De menuopties voor fusermodus zijn niet
toegankelijk.
JA
: Er verschijnen extra opties (zie hieronder).
Opmerking
Als u de standaard fusermodus voor elke
papiersoort wilt bekijken, selecteert u
JA
,
waarna u terugbladert naar het
Informatiemenu en een menustructuur afdrukt
(pagina B-3).
[TYPE]=
NORMAAL
NORMAAL
LAAG
HOOG
VELIJNPAP
Deze optie verschijnt alleen wanneer
FUSERMODUS CONF. MENU=JA
. De meeste
papiersoorten zijn standaard ingesteld op
NORMAAL
.
Hier onder volgt een opsomming van
uitzonderingen:
RUW=HOOG
VELIJNPAP=VELIJNPAP
Zie pagina A-6 voor een volledig overzicht van
ondersteunde papiersoorten.
Papierverwerkingsmenu (vervolg)
Artikel
Waarden
Verklaring
NLWW
Bedieningspaneelmenu’s
B-7